Esther 6, 11 De koning van Perzië kiest het joodse meisje Esther als koningin naast zich. De eerste minister Haman heeft een hekel aan de joden en wil ze uitroeien: de paal waarop hij ze wil spietsen staat al klaar. Esthers oom, Mordechai, behoedt de koning voor een samenzwering. Nu krijgt Haman tot zijn ergernis opdracht Mordechai eer te betonen door hem op het paard van de koning door de stad leiden. Esther brengt Hamans plannen onder de aandacht van de koning. Nu wordt hijzelf gespietst aan de paal die hij voor zijn joodse slachtoffers had klaar gezet.