×
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
Info afb. |
Ludmilla van Bohemen (ook van Praag), Praag, Tsjechië; hertogin & martelares; † 921.
Feest 13[004;011] & † 15 & 16 september & 10 & 27 (overbrenging) november.
Zij werd rond 860 geboren op kasteel Pšov (nu: Melník).
Het was de grote slavenapostel Methodius († 885; feest 6 april) geweest, die haar met haar man hertog Borivoj I Bohemen tot Christus had gebracht. In haar dagelijks leven probeerde zij zoveel mogelijk de levenswijze van Christus in praktijk te brengen. Zij stond bekend om haar goedheid en milddadige liefde. Zij zag als grootmoeder toe op de opvoeding van haar kleinzoon, de latere heilige prins Wenceslaus (Vastlav; † 929; feest 28 september), waarmee zij in de toekomst haar volk een grote dienst bewees. Zo deed zij haar naam Ludmilla (= 'Geliefd bij het volk') alle eer aan.
Maar dit alles wekte de haat op van haar schoondochter Drahomíra. Deze nam haar toevlucht tot twee huurmoordenaars, die haar inderdaad wurgden. Dit vond plaats op 15 september 921 te Tetín (bij Beroun). Ludmilla was toen al hoogbejaard.
Op 10 november 926 liet haar kleinzoon Wenceslaus haar lichaam overbrengen naar de Sint-Joriskerk in Praag. Al snel gebeurden er op haar graf wonderen en genezingen. Vanaf dat moment wordt zij als een heilige beschouwd. De stad Melník is nu nog bekend om de naar de eerste Tsjechische heilige genoemde wijn. Antonín Dvorák schreef het oratorium 'Svatá Ludmila'.
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen