×
Klik in dit venster
op: http://beeldmeditaties.nl
om naar die site over te stappen.
Sluit het venster om te blijven.
Juan de Ortega (ook de Quintanaortuño), Urtica (ook Ortega), Noord-West-Spanje (langs de pelgrimsweg naar Santiago); kluizenaar & weldoener; † 1163.
Feest 2 juni.
Juan werd geboren in het jaar 1080 in het dorpje Quinataortuño, twaalf kilometer ten noorden van Burgos. Zijn ouders, Vela Velàzquez en Eufemia, waren al twintig jaar getrouwd, toen pas hun eerste kind geboren werd. Zij noemden hem Juan naar Johannes de Doper, die immers ook pas geboren werd, toen zij ouders al hoogbejaard waren. Na Juan kwamen er overigens nog zes kinderen. Vela en Eufemia hadden het goed te oordelen naar het feit, dat ze hun oudste zoon op studie konden sturen in Burgos. Daar kwam hij in aanraking met de monnik Domingo de la Calzada († 1109; feest 12 mei). Deze werd reeds bij zijn leven beschouwd als een groot heilige: hij legde wegen aan, beveiligde ze en bouwde bruggen ten dienste van de pelgrims naar Santiago de Compostella. Juan sloot zich bij Domingo aan, en vijftien jaar lang werkten zij gezamenlijk aan hun projecten van menslievendheid.
In 1109 stierf Domingo op 90-jarige leeftijd. Een paar maanden later overleed ook zijn weldoener, koning Alfonso VI. Daarmee braken er duistere tijden aan. Juan zag zich genoodzaakt zijn werkzaamheden te onderbreken, en ging nu zelf op pelgrimsreis: naar Rome en het Heilig Land.
Na terugkomst waren de troebelen nog niet voorbij. Hij trok zich als kluizenaar terug in de streek van Urteca, de brandnetelstreek.
Drie jaar later leek de politieke hemel opgeklaard. Hij begon met de bouw van een kapelletje en een hospitaal langs de Camino, de pelgrimsweg naar Compostella. Aanvankelijk bekostigde hij alles uit eigen zak. Maar toen die leeg raakte, schaamde hij zich er niet voor om voor het goede doel uit bedelen te gaan. Na tien jaar was het complex voltooid. Hij wijdde het toe aan Sint Nicolaas. Naar het schijnt had deze hem op zijn pelgrimstocht overzee tijdens een woedende storm verhoord en behouden. Nicolaas is o.a. patroon van zeevaarders.
Onvermoeibaar zette Juan zijn arbeid voort. Steeds meer mensen hielpen mee; steeds meer schenkingen kwamen binnen. Net als zijn gezel en leermeester destijds, Domingo, werd hij tijdens zijn leven beschouwd als een heilige. Zo groot was de toeloop van medewerkers, leerlingen en pelgrims dat het Sint-Nicolaas-kapelletje te klein werd. Hij startte dus de bouw voor een grotere kerk welke aan St.-Martinus zou worden toegewijd. Juan stierf voordat de St.-Martinus was voltooid: 2 juni 1163.
Verering & Cultuur
Hij werd bijgezet in de Nicolaaskapel. Op zijn graf gebeurden herhaaldelijk wonderen.
Patronaten
Hij wordt beschouwd als patroon van de metselaars, architecten en bruggenbouwers, maar ook van de onvruchtbare vrouwen, omdat hijzelf pas na twintig jaar hopen, bidden en proberen werd geboren. Tot hem namen vele vrouwen die geen kinderen kregen hun toevlucht. Onder hen was ook koningin Isabella de Katholieke. Zij had zich barrevoets naar het kapelletje begeven en had er de nacht wakend en in gebed doorgebracht. De zoon die enige tijd later werd geboren, noemde zij Juan naar haar heilige weldoener; de dochter Juana; deze laatste is de geschiedenis ingegaan als Johanna de Waanzinnige.
Door alle toeloop van vereerders vatte men herhaaldelijk het plan op zijn sarcofaag te verplaatsen naar de grotere Martinuskerk, waarvan de bouw de eerste vijftig jaren na zijn dood stil was blijven liggen en pas na 1200 werd voltooid. Rond de kerk en het aanpalende klooster ontstond een compleet dorp 'Ortega'. In 1450 mislukte de overbrenging van Juans relieken. Want toen men voorzichtig het deksel van zijn sarcofaag lichtte, kwamen er hele zwermen witte bijen uit te voorschijn. Ook verspreidde zich een heerlijke geur. Wonderbaar zoemend vlogen de bijen tussen de verzamelde mensen door en begonnen ze gemeen te steken. Haastig heeft men de deksel weer gesloten en alles gelaten zoals het was. De volksoverlevering meent dat deze wonderbare bijen de zielen waren van de nog ongeboren kinderen: San Juan hield ze daar in voorraad voor al degenen die er hem om kwamen smeken...! In 1474 waagde men een nieuwe poging na de vervaardiging van een nieuw praalgraf, dat in de St.-Martinus werd opgesteld. Nu verliep alles naar wens. Het bovenvermelde bezoek van koningin Isabella had drie jaar nadien plaats, in 1477. Ook in de daaropvolgende eeuwen hebben zich talrijke vrouwen, onder wie zeer hoog geplaatste, naar Juan de Ortega begeven om de gave van een kind te verkrijgen en - naar men zegt - nooit tevergeefs.
© A. van den Akker s.j. / A.W. Gerritsen